Forensische psycho module 10 - 13

• De maatschappij te beschermen door het ongevaarlijk maken van individuen die een misdaad gepleegd hebben,
• Het afschrikken van potentiële misdadigers,
• Het uitoefenen van een gunstige invloed op de disposities van de gestrafte.

• De gedachte hier is dat de schuldige moet worden gestraft omdat dit rechtvaardig is en dit wil zeggen: omdat hij (zij) het verdient.

gaan op zeker ogenblik in hun leven (meermaals) hallucineren. Ze gaan sowieso (een) periode(s) kennen waarin ze hallucineren en waarbij hallucinaties inhoudelijk erg bizar zijn (stemmen horen, denken te worden gemanipuleerd…)

• Naast acute periodes van hallucinaties zijn er ook rustperiodes waarin niet wordt gehallucineerd. Dan wel blijvende bizarre gedachtegang
• Is een aftakelingsziekte en vooral invloed op sociale vaardigheden.
  • Leidt tot isolement en kan na verloop van tijd leiden tot het volledig opgaan in bizarre fantasiewereld (kan van enkele jaren tot tientallen jaren variëren)
• Ontstaat meestal rond leeftijd van 20 jaar, 2de piek op +- 40 jaar
  • Bij jongeren moeilijk om uit te maken of het gaat om psychose of gewoon om puberaal rebels gedrag (zeker moeilijk als adolescent ook drugs gebruikt)

• Voelen zich gevolgd of bedreigd, maar niet volgens gestructureerde waan zoals bij waanstoornis.
  • Ze denken dat de maffia hen volgt of de staat hun afluistert.
• Bizarre gedachteninhouden die niets met de werkelijkheid te maken hebben
  • Het gaat om ruimtewezens, gedachten die uit hun hoofd worden gezogen door buitenaardse stralen,…
• Gedachteninhouden hebben helemaal niks te maken met werkelijkheid
• Positieve symptomen (komen voor in acute fase)

• Mensen die van hak op de tak springen, zinnen niet afmaken,…
  • Deze mensen hebben in een gesprek van 5 minuten 30 verschillende onderwerpen aangehaald zonder hierbij hun zinnen af te maken
• Oorzaak: Niet kunnen filteren van wat vanuit omgeving op hen afkomt
  • Reageren op elke prikkel waardoor ze chaotisch overkomen

• Personen gaan totaal niet bewegen. Uit zich in spierverstijving of algemene remmingsverschijnselen
• Komt nog zelden voor (door jarenlange medicamenteuze behandelingen)
• Kan zich ook uiten via:
  • Overmatige motorische activiteit
  • Extreem negativisme of mutisme (bijna geen gesproken taal uiten)
  • Vreemde willekeurig bewegingen die zich uiten in het willekeurig aannemen van inadequate of bizarre houdingen, stereotiepe bewegingen, opvallende maniërismen of opvallend grimassen
  • Het dwangmatig herhalen van woorden of zinnen van gesprekspartner of andere bron (radio) of onwillekeurig nadoen of herhalen van bewegingen die men bij een ander waarneemt

• Resttoestand van schizofreen iemand die totaal afgetakeld is
• Mensen leven compleet in eigen wereld, geen contact meer met omgeving
• Verblijven levenslang in psychiatrie omdat ze sociaal niet meer kunnen functioneren in de maatschappij

• Er zijn niet bizarre wanen die betrekking hebben op situaties die in het echte leven kunnen voorkomen, met minimale duur van 1 maand
• Bevat nooit criterium 1 van schizofrenie aanwezig. Zij zullen nooit hallucineren
• Buiten de waan is het gedrag en functioneren niet duidelijk beperkt of bizar
• Erotomane type, jaloersheidstype, grandioze type, achtervolgingstype, somatisch type, gemengd type, niet gespecificeerd type

• Mensen verliezen gedurende erg korte tijd (minuten/uren) contact met realiteit
• Komt vooral door stress/druk vanuit omgeving: Vallen terug op primitief defensiemechanisme (losmaken van realiteit)

• Iemand met psychotische stoornis leeft nauw samen met een zwakker individu (kind, minder-begaafd iemand) en gaat dit zwakker individu als het ware ‘meesleuren’ in zijn stoornis

Ontregeling van lichaamsfuncties: Schildklierproblemen, elektrolyten stoornis,…

Komt vrij zelden voor en zelfs discussie of het wel bestaat. Mensen gaan op niet uitgesproken prikkel erg agressief reageren

1. Verschillende afzonderlijke episodes met onvermogen zich te verzetten tegen agressieve impulsen:
   • Verbale agressie, gemiddeld 2x/week over 3 maanden, geen beschadigingen of fysieke letsels aan personen of dieren
   • 3 episodes van beschadigingen of vernieling eigendommen of fysieke letsels aan personen of dieren over een periode van 12 maanden
2. De mate van agressiviteit die tijdens de episodes naar voren komt staat in geen enkele verhouding tot om het even welke precipiterende stress veroorzakende factor ook.
3. Niet doelgericht om geld, macht of intimidatie te bekomen.
4. De ontwikkelingsleeftijd is minimaal 6 jaar oud.
5. Belangrijk: De agressieve episodes zijn niet eerder toe te schrijven aan andere psychische stoornis (antisociale stoornis, borderline, een psychotische stoornis, een manische episode, gedragsstoornis of aandachtstekort stoornis met hyperactiviteit) en is niet gevolg van directe fysiologische effecten van middel (een drug, geneesmiddel) of somatische aandoening (schedeltrauma, ziekte van Alzheimer)

1. Recidiverend onvermogen zich te verzetten tegen impulsen om objecten te stelen die men niet voor persoonlijk gebruik of vanwege hun geldelijke waarde nodig heeft
2. Toenemend gevoel van spanning onmiddellijk voor het begaan van de diefstal

• Belangrijk voor diagnose: Er moet voorafgaand aan stelen spraken zijn van zich opbouwende spanning met nadien impulsdoorbraak (acting out)
  3. Lust, bevrediging of opluchting op het moment van het begaan van de diefstal (acting out)
  4. Het stelen wordt niet begaan als uiting van woede, of wraak en is geen reactie op een waan of hallucinatie
  5. Het stelen is niet eerder toe te schrijven aan een gedragsstoornis, een manische episode of antisociale persoonlijkheidsstoornis
• Wat wordt gestolen, heeft op zich geen waarde (haarspelden, kammen…): gaat gewoon om pathologische drang van eender wat te stelen!
• Stoornis leidde vaak tot internering (maar eigenlijk niet echt gevaar voor anderen of zichzelf toch een misdrijf, dus niet zomaar tolereren!)
  • Men moet rekening houden met het feit dat er sprake is van een misdrijf, dat het gaat om iemand met een stoornis en met het feit dat er een duidelijk causaal verband bestaat tussen de stoornis en de feiten
    • Eigenlijk wel alle criteria voor internering
  • Vandaag de dag wordt men hier niet meer voor geïnterneerd, want daarvoor moet er een misdrijf gepleegd zijn waarbij fysieke integriteit van andere persoon is aangetast

1. Opzettelijke en doelgerichte brandstichting bij meer dan één gelegenheid
2. Spanning of opgewonden stemming voor de daad
3. Gefascineerd zijn door, belangstelling tonen voor, nieuwsgierigheid naar of aangetrokken worden door vuur en de situatie er omheen (bijvoorbeeld brandbestrijdingsapparatuur, brandweer, …)
4. Lust, bevrediging, of opluchting tijdens het brandstichten of bij het kijken naar of deelnemen aan de gevolgen.
5. het brandstichten wordt niet begaan om geldelijk gewin, als een uiting van een sociopolitieke ideologie, om een misdrijf te verbergen, als uiting van woede of wraak, om de eigen levensomstandigheden te verbeteren, als reactie op een waan of hallucinatie, of als gevolg van een oordeelsstoornis (zoals dementie, zwakzinnigheid, intoxicatie door een middel)
6. Het brandstichten is niet eerder toe te schrijven aan een gedragsstoornis, een manische episode of antisociale persoonlijkheid.

• Zelden een diepere motivatie tot het brandstichten teruggevonden: niet duidelijk waarom ze overgaan tot herhaaldelijke brandstichting
• Meestal sociaal geïsoleerde, inadequate personen: ‘bizarre’ figuren
• Vaak kenmerken van cluster A PH-stoornissen aanwezig (schizoïde, schizotypisch, autistiforme stoornissen)
• Hoog recidive risico bestaat en meestal een escalatie in de ernst van de branden.

• Gaat vaak om sociaal/verbaal minder sterke mensen
• Gaan brandstichten gebruiken om aandacht te vestigen op hun problemen, die dikwijls van een totaal andere aard zijn dan de brandstichting zelf.
  • Dakloze man die brandjes begint te stichten in de hoop opgepakt te worden om zo eten en onderdak in de gevangenis te krijgen